VolwASSen

Door: Mandy Verleijsdonk

De emmer verf gaat open. Beetje bij beetje wordt mijn muur groener. Het is lichter dan wat ik wilde, denk ik. Wat is het eigenlijk, mintgroen? Wat zullen mensen me dom vinden als ik niet eens weet hoe mijn kleur heet. Het zweet breekt me uit. In de winkel was ik gestrest en overprikkeld en heb ik na heel wat getwijfel een kleur gekozen. Daar nu een mening over vormen is lastig, want er wonen heel veel mensen in mijn hoofd die commentaar hebben.

Eigenlijk wil ik dat ze het allemaal mooi vinden. Stel je toch voor dat mijn moeder, oma, een vriendin of wie dan ook het niet mooi vindt? Bij iedereen die mee komt helpen bij de verhuizing vis ik naar hun mening, maar eigenlijk naar hun goedkeuring.

Het mannetje op mijn schouder

Dodelijk vermoeiend is het om altijd bezig te zijn met wat andere mensen vinden van mij; van hoe ik eruit zie en wat ik wel en niet doe; gewoon van heel mijn leven eigenlijk. Dit jaar word ik dertig en vind het nog steeds heel moeilijk om te weten wat ik nu echt wil. Er is altijd ruis en dat mag wel wat minder. De kunst is om iets te mogen denken, zeggen, dragen of doen zonder me druk te maken over wat Jan en alleman ervan vinden.

Er zit altijd een mannetje op mijn schouder aan wie ik verantwoording afleg. Als ik weer eens sta te twijfelen ergens in een winkel zeg ik in mijn hoofd alvast wat ik moet zeggen tegen een agent: ‘Ik steel niks hoor, ik kijk alleen maar’. Als ik iets eet, benoem ik in gedachten het nut daarvan. Iets op Facebook zetten, veroorzaakt een angstgolf door mijn lijf, want lezers zullen het vast stom vinden. Als ik een film kijk, zeg ik dat ontspanning gezond is. Gewoon leven is er niet bij. Immer is er bewustzijn van de functie en mogelijke oordelen van anderen.

Verwarring en onzekerheid

Kenmerkend voor mensen met ASS is dat ze achterlopen in hun ontwikkeling op één of meerdere gebieden. Net als dat het veel lastiger kan zijn om een identiteit op te bouwen.  Bij een late diagnose is dat nog lastiger als je je hele leven gedaan hebt wat hoort volgens bepaalde mensen, zoals je ouders of de boekjes. Wat is nu sociale wenselijkheid, wie ben jij en welk stuk is ASS? Het kan zo verwarrend zijn en daar hou ik niet van. Onzekerheden er laten zijn, is een behoorlijke klus als je altijd op zoek ben naar concreet- en duidelijkheid.

Zo wil ik ook de toekomst weten. Vandaag. Nu. Nog twee mastervakken en dan moet ik stage lopen en een scriptie schrijven, maar hoe zal dat gaan? Ga ik daarna regulier werken en hoeveel uur en als psycholoog of niet? Of blijft ASS mijn leven zo beheersen dat mijn energieniveau zo laag blijft als nu? Ik wil geen kinderen omdat ik denk dat dat teveel van me gaat eisen, maar misschien wil ik over een paar jaar ineens drie kinderen. Ik ben met een groot zorginstinct geboren. Zal ik oud worden met wie ik nu samen ben? Durf ik het aan om samen te wonen, want dat is controle loslaten?

Acceptatie en volwassenheid

Toch merk ik dat er ondanks het gepieker, steeds meer ruimte komt voor wat positievere dingen. Mijn vrijwilligerswerk als ervaringsdeskundige geeft voldoening. Ik gun mezelf meer leuke dingen/momenten. Deze winter ben ik nog niet in een grote dip beland (even afkloppen). Er gaat soms een jaar overheen, maar ik zeg vaker ‘nee’ en geef mijn grenzen beter aan. Als iets of iemand veel teveel energie kost, dan moest ik dat altijd overwinnen, maar inmiddels accepteer ik steeds meer ik dat ik niet voor alles in de wieg ben gelegd.

Misschien voelt het daardoor alsof het tijd is om grote thema’s aan te pakken in therapie, zoals een chronisch schuldgevoel, faalangst, mijn obsessie met eten en geen rust mogen/kunnen nemen. Tot nu toe waren er altijd teveel brandjes om te blussen in mijn leven en waren er teveel overheersende symptomen, maar ik wil nu zo graag de kern aanpakken. Als daar onrust is, is mijn leven als geheel onrustig.

Dat is natuurlijk volwassen zijn; leven op je eigen tempo en doen wat passend en gezond is. Het gaat er niet om dat je doet wat statistisch normaal is. Dan rijd ik maar geen auto, heb ik geen reguliere baan en kan ik maar beperkt onder de mensen zijn. Ik heb wel voor het eerst in mijn leven een huurhuisje waar ik op mijn plek zit. Een huisje waar de kleur op de muren goed is, omdat ik het mooi vind. Omdat ik een risico heb durven nemen door voor iets nieuws te gaan.

Dit was de laatste in Mandy’s drieluik over kindertijd, pubertijd en volwassenheid.

10 gedachten over “VolwASSen”

  1. Dit drieluik is zo extreem herkenbaar… Helaas was ik al in de vijftig toen ik vorig jaar mijn diagnose kreeg. Een aantal jaar geleden ben ik in een zeer zware burnout terecht gekomen. Ik ben moeder van inmiddels volwassen kinderen, heb eigenlijk al een heel leven achter de rug zonder te weten waarom ik telkens overal in faalde. Ik mag mezelf nu opnieuw gaan uitvinden, dat is een uitdaging waar ik zin in heb, maar ik kan wel huilen over die halve eeuw vol angst, falen, obsessies, mezelf opjagen (dat “geen rust gunnen” is misschien wel het herkenbaarst – maar wat wil je, als alleenstaande moeder, er moet toch brood op de plank?). Had ik maar eerder geweten wat er speelde, misschien kon ik dan wat milder voor mezelf zijn. Zo zonde.

  2. Prachtige, herkenbare drieluik Mandy! Mooi en helder omschreven. Ook ik zit in die fase van ontdekken wie ‘ik’ nu eigenlijk in het diepste wezen is? Gecreëerd door de wereld in de afgelopen 44 jaar, maar wat wil ‘ik’ en mag ‘ik’ ook gewoon straks ‘ik’ zijn?

  3. Wat een mooie blog, en wat een herkenning!

    Je hebt een beetje onder woorden gebracht wat ik lang niet onder woorden kon brengen, omdat ik niet wist wat het precies was!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *