Apple, Facebook, Google en autisme

Door: Mariëlle Brink

In iedere organisatie werken mensen die volgen en mensen die leiden. En dan heb ik het niet over medewerkers en managers, want dat is slechts hiërarchie: iets wat mensen nodig lijken te hebben om te snappen op welke positie zij zich bevinden in hun carrièreladder. Ik heb het over de mensen die liever van een ander horen wat er van ze verwacht wordt en over mensen die het voortouw nemen, zelf bepalen wat zij doen en wat zij daarmee bereiken.

Ook onder autisten is dit onderscheid te maken. Je karakter, je achtergrond, wat je gewend bent, hoe je bent opgevoed en hoe je in het leven staat, bepalen of jij liever volgt of liever eigenaarschap toont. En of je je wilt aanpassen of liever je eigen weg volgt. Onder autisten met een grote dosis persoonlijk leiderschap is er echter één significant verschil met mensen zonder autisme en persoonlijk leiderschap: een autist met persoonlijk leiderschap duldt geen leiding van een ander…

Je ziet het pas als je het ziet

Het is misschien normaal om in een organisatie leiding te krijgen, maar voor autisten met persoonlijk leiderschap leidt dit tot het gevoel gevangen te zitten. Vooral omdat communicatie over ideeën, visies en doelen van je eisen, dat je je aansluit bij anderen en rekening houdt met hun gevoelens en opvattingen. Terwijl het in het hoofd van de autist al lang duidelijk is.

Ik durf te beweren, dat onder al die collega’s die je als bevlogen professional of als creatieveling, als criticaster, als dwarsdenker of als ‘briljante ideeën box’ herkent, het percentage autisten hoger is dan je nu denkt. Het zijn de mensen, die een visie eenvoudig lijken te vertalen naar de praktijk. Het zijn de mensen, die dingen waarmaken en dingen klaar krijgen. En ja, vaak zijn dit dus ook de mensen, die de ‘rest’ achter zich laten en voorop lijken te lopen. Het zijn de mensen die verdacht worden van narcisme omdat ze zo eigenwijs zijn en niet lijken te luisteren. Het zijn de collega’s, die worden gezien als ‘inspirerend’ of juist als ‘dominant’ of ‘irritant’. Het zijn de collega’s die hun eigen weg gaan en altijd zeggen wat ze denken. Het zijn de collega’s, waarvan je nog niet wist dat zij mogelijk autisme hebben. Pas als zij succes hebben, zoals Steve Jobs en Mark Zuckerberg, gaat de wereld ineens zien hoe briljant hun ideeën eigenlijk blijken te zijn en lijkt het etiket ‘autisme’ ineens een kracht in plaats van een beperking.

Intuïtie als kompas

Ik noem de heren Jobs en Zuckerberg niet voor niets. Zij blinken niet uit in charisma of het vinden van sterke aansluiting bij anderen. Zij deden gewoon waarin ze geloofden, zetten briljante producten neer en kregen vanzelf waardering en publiek. Maar wat dit soort voorlopers ook gemeen hebben, zijn een uitstekend gevoel voor hoe de wereld zich zal ontwikkelen en een persoonlijke drijfveer om daarin iets te betekenen of, op eigen kracht, er iets in te veranderen. Autisten hebben, anders dan de meeste mensen denken, een uitstekende intuïtie die hun kompas is.

Autisten zijn de toekomstige leiders

Het maakt niet uit wat je van Facebook vindt, want we kunnen niet ontkennen dat Facebook ervoor heeft gezorgd, dat alle overheden en bedrijven te laat verrast werden door de kracht van social media; zij hebben allemaal hun visie en strategie moeten bijstellen om maatschappelijke ontwikkelingen en innovatie te kunnen bijbenen in de snelheid van internet en social media. Ik durf te beweren, dat autisten nu al, en in de toekomst nog meer, de leiders zijn in de wereld.

Organisaties zouden ruimte moeten geven aan mensen met autisme die niet volgzaam zijn. Eigenlijk aan iedereen die niet volgzaam is! Want de kwaliteit van deze eigenwijze mensen is nu juist, dat zij een brein hebben dat alles overziet; het grotere geheel, de stip aan de horizon en dit ook nog weten te vertalen naar het doen. Leg je deze mensen aan banden, dan gaat alle energie eruit en krijg je als organisatie te maken met mensen die een burn-out krijgen of langdurig uitvallen.

Ruimte geven als werkgever

Maar wat doen organisaties? Zij maken mensen ‘manager’ als zij ergens in uitblinken. En laat dit nu juist een heel groot beroep doen op je sociale vaardigheden. Iets waar de meeste autisten nu net even meer moeite mee hebben. Daarom is het leiderschap van Google niet gebonden aan sociaal welzijn, maar aan het schenden van je privacy. Je kunt ervan vinden wat je wilt, maar mensen die nu vanuit het huidige internet-tijdperk, hun visie en doelen nastreven, zullen steeds vaker autisten zijn. En om ‘tegenkracht’ te bieden aan al die bevlogen internetondernemers, die met rationele algoritmes bepalen hoe jij leeft en wat jij koopt, hebben we méér van dit soort denk- en doe-kracht nodig uit hetzelfde spectrum: het autisme spectrum dus.

Ik zou alle werkgevers willen vragen zichzelf eens af te vragen of zij autisme wel herkennen onder hun eigenwijze, altijd scherp redenerende, bevlogen en creatieve medewerkers. Misschien wel die medewerker, die je net hebt verteld, dat hij zich niet zo dominant afzijdig moet houden van de doelen en de visie. En kijk ook eens met een nieuwsgierige blik naar die collega, die steeds terugkomt op een bepaald onderwerp. Je vindt hem of haar misschien irritant, maar misschien heeft hij of zij gewoon gelijk? En concludeer dan net als ik, dat autisme zo gek nog niet is! Laat je eens meeslepen door een autist die, op geheel eigen wijze en zonder aansluiting bij de anderen, wél weet hoe je als organisatie verder kunt komen. Als je als werkgever ruimte geeft, komt die aansluiting ook wel…

2 gedachten over “Apple, Facebook, Google en autisme”

  1. Zeker zo!
    Ik heb het geluk dat ik op mijn werk als inspirator gezien word. (Als ik zo narcistisch mag zijn) maar toch. Een stukje financiele waardering zit er niet in. Door een simpele reden: Ik scoor structureel een onvoldoende voor samenwerken. Ik heb geen oog voor de ideeën van anderen en weet het altijd beter :).
    Maar ja…volgens deze blog… is dat ook zo!

    1. Haha! Of jij altijd gelijk hebt, weet ik natuurlijk niet. Het gaat mij erom, dat de omgeving niet altijd meteen in de weerstandreflex moet schieten als iemand voorop loopt en dit onderbouwt met heldere visies, gebaseerd op een ‘alles overzien’ en ‘intuïtief weten’. Als je dit inspirerend weet over te brengen, heb je een kwaliteit te pakken. En tsja, over dat samenwerken en naar ideeën van anderen luisteren: soms hebben mensen goede ideeën, soms had je zelf ook al bedacht. En hier zit volgens mij precies de crux: iemand met autisme die voorop loopt en inspireert, heeft niet zoveel meer aan ideeën van anderen als die ook als door hem/haar zelf bedacht waren. Ik vermoed dat jouw werkgever het lastig vindt om jou te waarderen, omdat hij/zij daarmee impliciet zegt dat anderen er niet meer toe doen. Dus word jij aangesproken op samenwerking. Hoe krom dat ook is. Het zou de managers in organisaties echt sieren als zij expliciet durven kiezen voor ‘voorlopers’ en ‘volgers’. En daarnaast is het natuurlijk ook belangrijk, dat mensen zichzelf niet wijs maken altijd gelijk te hebben, want dan onstaan tunnelvisies en blinde vlekken. Een mooie uitdaging om daartussen te manouvreren!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *